In de praktijk bestaat er nogal wat verwarring over flyers, leaflets, folder en brochures. Mensen gebruiken de termen vaak door elkaar heen, maar wat is nu het verschil en wanneer zet je deze verschillende communicatiemiddelen in?
Flyers en leaflets
Kenmerken
Beide communicatiemiddelen bestaan uit een ongevouwen, los vel papier. Meestal gaat het om een handzaam formaat (A4 of kleiner), zodat ze gemakkelijk uit te delen zijn of makkelijk verzonden kunnen worden.
Deel je de flyer of leaflet uit, dan kun je beide zijden
bedrukken. Hang je de flyer of leaflet op, dan hoef je slechts 1 kant
te bedrukken.
Het verschil
Een flyer is meestal gedrukt op goedkoop papier en bedrukt met een
slechtere kwaliteit inkt. Een leaflet kenmerkt zich vaak door het
gebruik van kwalitatief goed papier en hoogwaardige kleurenprint,
waardoor ze duurder zijn dan flyers. Soms wordt een flyer of leaflet
voorzien van een UV-lak of laminaat om de duurzaamheid van het
drukwerk te verhogen.
Wanneer zet je ze in?
Flyers en leaflets zijn een goedkope manier om informatie te verspreiden onder veel mensen tegen lage productiekosten. Je zet ze vooral in om de aandacht van de doelgroep te trekken en om de doelgroep te overtuigen.
Flyers en leaflets zijn vooral waardevol voor het aankondigen van evenementen (de opening van een winkel of een concert), het geven van productinformatie (de specificaties van een nieuwe auto), het promoten van acties of als “fact sheet“ (na een conferentie). Je zet ze in op de plek waar de doelgroep zich bevindt, zoal winkels en evenementen.
Daarnaast kom je flyers en leaflets ook tegen in andere publicaties,
zoals lokale kranten.
Folder
Kenmerken
Een folder is een vel papier dat één of meerdere keren gevouwen is
(van “folding” – vouwen). Meestal gaat het om een omvang van 4 tot en
met 8 zijden. Het vouwen van een folder kan op meerdere manieren,
zoals een wikkelvouw, harmonicavouw of zigzagvouw. Gebruik je een
bijzondere vouw, dan kan dit de attentiewaarde of bruikbaarheid enorm
verhogen.
Wanneer zet je een folder in?
In folders kun je slechts beperkte informatie kwijt. Je zet ze in als
je een specifieke doelgroep wilt aanspreken. Je gebruikt folders
meestal om de aandacht te trekken en om mensen over te halen tot een
bepaalde actie.
Brochure
Kenmerken
Een brochure ontstaat uit het samenvoegen van meerdere bedrukte vellen papier, waarbij de hechting op een speciale manier plaatsvindt (lijmen, nieten). Vaak kiest men ervoor om de omslag van dikker papier te maken, waardoor de brochure wat steviger is en langer mee gaat. Bovendien krijgt de brochure hiermee een wat luxere uitstraling.
In tegenstelling tot flyers, leaflets en folders kennen brochures een inhoudsopgave en een paginanummering.
Het aantal bladzijden van een brochure is altijd een viervoud van vier. Het minimale aantal bladzijden is acht.
Al deze kenmerken dragen er aan bij, dat een brochure meer kost dan
een flyer, leaflet of folder.
Wanneer zet je een brochure in?
Een brochure maak je voor mensen die echte interesse hebben in een bepaald onderwerp, product of een bepaalde dienst. Ze zijn vooral bedoeld als naslagwerk, dus informatief en voor de langere termijn. Je vindt brochures vooral bij banken, ziekenhuizen, apotheken en huisartsen.