Storytelling in presentaties: de basics

Het geheim van storytelling volgens John Steinbeck
Foto: Jill Clardy

Storytelling helpt je bij het uitdragen van je boodschap tijdens een presentatie. Door het vertellen van een verhaal blijft je boodschap beter hangen bij het publiek.

Maar hoe bereid je je voor? Hoe begin je jouw verhaal? Hoe gedraag je je tijdens het verhaal en hoe beëindig je het?

Dit alles vertel ik je in deze blogpost.

De voorbereiding

De doelgroep

Als eerste moet je weten wie de doelgroep is. Wat is de samenstelling (sekse, leeftijd, culturele achtergrond, …)? Wat vinden zij leuk en wat niet? Wat weten zij al? Wat vinden zij interessant? Leef je in en zorg dat het verhaal aansluit op wat er bij de doelgroep leeft.

Het kiezen van een verhaal

Het beste is om een persoonlijk verhaal te vertellen. Het voordeel hiervan is dat je het verhaal niet uit je hoofd hoeft te leren. Je kent het immers al van A tot Z en het verhaal is echt. Hierdoor kom je authentiek over.

Ben je een gevorderde storyteller, dan kun je ook verhalen van anderen vertellen. Zorg wel dat je duidelijk aangeeft van wie het verhaal dan is. Daarnaast kun je als gevorderde putten uit verschillende beschikbare verhalen, anekdotes en fabels op het internet.

Ben je van plan hetzelfde verhaal te vertellen aan verschillende doelgroepen? Dat kan.
Focus je in zo’n geval niet alleen op punten in het verhaal die aansluiten op jouw eigen boodschap, maar hou ook rekening met de specifieke behoeften van de verschillende doelgroepen. Dat betekent dat je bij de ene doelgroep meer aandacht besteedt aan onderdeel A van het verhaal en bij de andere doelgroep meer aandacht besteedt aan onderdeel B.

Denk aan je kernboodschap

Of je nu een persoonlijk verhaal kiest of het verhaal van een ander, zorg er voor dat het verhaal een boodschap heeft dat overeenkomt met hetgeen je het publiek daadwerkelijk mee wilt geven.

De geheimen van een goed verhaal

Een goed verhaal voldoet aan de volgende kenmerken:

Tijd
Wanneer speelt het verhaal zich af? Hou een chronologische volgorde aan. Hiermee kan het publiek het verhaal goed plaatsen en onthouden.

Personages
Wie zijn de hoofdrolspelers? Beschrijf ze, zodat iedereen zich hier een voorstelling van kan maken.

Proleem/conflict
Zorg voor een realistisch probleem of conflict. Tegen welk probleem lopen de hoofdrolspelers op? Dit vormt de essentie van ieder verhaal. Zonder (realistisch) probleem of conflict heeft, heb je geen verhaal!

Oplossing
Hoe lossen de hoofdpersonen het conflict/probleem op? De oplossing moet het publiek helpen om alledaagse problemen op te lossen.

Verandering
De hoofdpersonen moeten veranderen door het conflict/probleem. Hoe zien de hoofdpesonen de wereld nu? Hoe kijken ze nu tegen de dingen aan?

Kernboodschap
Ieder verhaal moet een boodschap hebben. Ga na welke boodschap het publiek moet onthouden na het vertellen van jouw verhaal. Wat moet hen bij blijven? Wat is de moraal?

Hou het kort

Hou je verhaal kort. Vaak maken we lange zinnen. Bij storytelling hebben korte zinnen echter meer effect. Daarnaast geldt: hoe langer je verhaal, hoe groter de kans dat je dingen vertelt die er niet toe doen. Dit leidt af van jouw verhaal.

Actief taalgebruik

Gebruik actieve zinnen om je verhaal levendig en minder afstandelijk te maken.

Gebruik beschrijvende woorden

Als je een verhaal vertelt, doe dat dan met beschrijvende woorden. Beschrijvende woorden helpen namelijk bij het visualiseren van het verhaal, waardoor het verhaal beter blijft hangen. Kortom, laat je publiek het verhaal horen, zien en voelen.

Vergelijk:
Koos is geen aardige man” versus
Koos gooide de deur open, stormde naar buiten en gaf een harde schop tegen de lantaarnpaal.”

Hoeveel verhalen?

Je kunt er bij een presentatie voor kiezen om 1 of meerdere verhalen te vertellen. In het eerste geval bestaat je hele presentatie uit 1 verhaal. In het andere geval vertel je een verhaal per thema of boodschap.

Hoe begin je met je verhaal?

Als je een verhaal wilt vertellen, dan kun je op drie manieren beginnen:

  1. Neem het publiek mee op reis
    “Stel je eens voor dat…”, “Laten we een stap terug in de tijd nemen…”
  2. Maak het persoonlijk
    Deel een onderdeel van je leven met het publiek.
  3. "MIjn vrouw denkt dat ik...", "De telefoon ging. Het was..."</li>
  4. Stel een retorische vraag
    Serieus of minder serieus, maakt niet uit. Het doel is om de aandacht van je publiek te pakken.
    “Wie bepaalt wat mode is en wie niet?”, “Moeten wij ons zorgen maken om anderen?”

Tijdens het verhaal

Maak gebruik van emotie. Laat fysiek zien hoe de hoofdpersonen zich voelen. Laat de emoties passen bij het verhaal. Gebruik hiervoor passende handgebaren en gezichtsuitdrukkingen. Daarnaast kun je de snelheid van praten beïnvloeden: praat snel of langzaam voor het uiten van verschillende emoties.

Het verhaal beëindigen

Bij het beëindigen van het verhaal zeg je niet dat het verhaal is afgelopen, maar laat je dit merken door een pauze in te lassen, je spreektempo of je lichaamstaal te veranderen.

Maak jij weleens gebruik van storytelling in presentaties? Deel je ervaringen!

Bronnen:
Gingerpublicspeaking.com. 3 storytelling secrets for public speaking. Verkregen: 12 oktober 2014.
Akash Karia (2013). Storytelling secrets for public speaking.
Write-out-loud.com. Storytelling in speeches. Verkregen: 14 oktober 2014
Write-out-loud.com. Storytelling setups. Verkregen: 15 oktober 2014.
Selfgrowth.com. There is an art to storytelling. Do you have it? Verkregen: 14 oktober 2014.
Storytellingtips.info (2010). Storytelling tips: pacing your story.
Exforsys.com (2009). Storytelling in public speeches.